-
Laatst bijgewerkt op
Het gebouw van 1897 moet een eigentijdse plek worden waar iedereen zich thuis voelt. © AfricaMuseum
Onze ex-collega Bart Ouvry staat sinds 2 mei 2023 aan het hoofd van het AfricaMuseum. Hij timmert er verder aan de weg van vernieuwing en dekolonisering. Hoe wil hij dat realiseren? We hadden een gesprek met hem.
De geschiedenis van het AfricaMuseum in Tervuren begint 125 jaar geleden, tijdens de wereldtentoonstelling van 1897. Koning Leopold II wilde er de koloniale verwezenlijkingen in Congo etaleren, toen nog het private eigendom van de vorst.
Heel wat terreinervaring
Ondertussen 5 jaar geleden, in december 2018, heropende het museum na een grondige en langdurige renovatie. Toenmalig directeur Guido Gryseels begeleidde een radicale ommezwaai: voorgoed komaf maken met de stereotypen en het racisme van het koloniale verleden en werken aan een diverse samenleving waar Afrikaanse burgers en mensen van Afrikaanse origine respect en erkenning krijgen. Kortom, een verregaande ‘dekolonisering’.
Pas op 2 mei 2023 – Guido Gryseels was 21 jaar lang directeur – nam niemand minder dan onze ex-collega-diplomaat Bart Ouvry het roer over (zie kader biografie). Een uitdaging die hij met beide handen aangreep. ‘Heel eigen aan het beroep van diplomaat is dat je je na 3 à 4 jaar steeds opnieuw moet heruitvinden als je van post verandert. Die opportuniteit heb ik ook hier’, vertelt hij. ‘Ik breng alvast heel wat terreinervaring mee uit mijn periode als diplomaat in 3 Afrikaanse landen. Zo heeft het AfricaMuseum een belangrijk luik ontwikkelingssamenwerking (zie verder). Welnu, die ontwikkelingssamenwerking heb ik vanop het terrein mee aangestuurd. Ik ben ook persoonlijk sterk geïnteresseerd in wetenschappelijke en culturele samenwerking.’
Bart Ouvry: biografie
Bart Ouvry (62) groeide op in Gent. Hij studeerde er geschiedenis en communicatiewetenschappen aan de UGent. Als diplomaat was hij voor België onder meer actief in Kenia, Genève en Koeweit. Hij was ook een tijdlang woordvoerder van onze FOD. Van 2016 tot 2019 was hij EU-ambassadeur in DR Congo. Zijn laatste post vóór het AfricaMuseum was als EU-ambassadeur in Mali. Vanaf mei 2023 werd hij voor 6 jaar aangesteld als directeur-generaal van het AfricaMuseum.
Bart Ouvry in het AfricaMuseum. © AfricaMuseum
Luipaardman
Want het werk is verre van af. Onze samenleving evolueert snel en de bevolkingen in Afrika en de Afrikaanse diaspora – onze landgenoten van Afrikaanse afkomst – worden steeds mondiger. Ze willen gelijkwaardige burgers zijn en erkenning krijgen voor het leed en het onrecht dat de kolonisering heeft veroorzaakt.
De vernieuwde opstelling in het 5 jaar geleden heropende museum deed al een eerste poging om dat koloniale verleden recht in de ogen te kijken. Maar het kan beter. Tijdens een korte wandeling door enkele zalen toont Ouvry welke veranderingen hij op het oog heeft.
‘Aanvankelijk hadden we de meest stereotype, racistische beelden – die Afrikanen voorstelden als primitieve wezens - aan het begin van het parcours opgesteld met erg weinig uitleg erbij. Meest bekend was de ‘luipaardman’ die zelfs in een Kuifjesalbum opdook. Het is een man gehuld in luipaardkleed en -masker die dreigend gebogen staat boven een andere, liggende man. Dergelijke luipaardgenootschappen bestonden wel en leden ervan hebben wel degelijk geweld gepleegd maar er is geen enkele aanwijzing dat het op deze rituele manier, met masker, gebeurde.’
Het AfricaMuseum wil het hedendaagse, bruisende Afrika tonen en nauw samenwerken met de Afrikaanse diaspora. © AfricaMuseum
Sapeurs
Door die stereotype beelden vooraan te plaatsen, wilde men de koloniale beeldvorming aan de kaak stellen. Maar dat werkte niet, vindt Ouvry. ‘Het was te impliciet. Daarenboven, doordat de bezoeker al van bij het begin geconfronteerd werd met die oude clichébeelden, werd de koloniale beeldvorming ongewild bestendigd. Een foutief beeld over Afrika bijstellen doe je niet alleen door de oude beelden te ontmaskeren maar vooral door ook een meer constructief, hedendaags beeld op te hangen.’
Die stereotype beelden zijn ondertussen verhuist naar een echt ‘beeldendepot’. Daar zijn ze alleen te bezichtigen onder begeleiding. ‘Over de opstelling moeten we nog nadenken’, zegt Ouvry. ‘Maar ik vind de huidige opstelling in kratten en op paletten al niet slecht. Het mag niet te mooi worden, het moet er als een echt depot uitzien.’
Het hedendaagse beeld van Afrika wil hij al aanbrengen van bij het begin van de permanente opstelling. Nu stapt de bezoeker nadat hij zijn ticket heeft aangeschaft, door een lange, witte, lege gang waar enkel een prauw staat. Dat vindt Ouvry niet zo geslaagd. ‘Hier moeten foto’s komen dat het hedendaagse Afrika toont.’
Ook in de tijdelijke tentoonstellingen moet het wervelende, hedendaagse Afrika meer aan bod komen. Zo staat er een expo op stapel over de rol van Afrika in de elektronische muziek. Ouvry noemt ook graag het voorbeeld van de sapeurs, dandyesk uitgedoste mannen en vrouwen in Centraal-Afrika die er tot cultureel erfgoed uitgroeiden.
Herkomstonderzoek
Door de racistische beelden weg te nemen, is er een nieuwe ruimte vrijgekomen. Daar zullen bijkomende tijdelijke expo’s georganiseerd worden. De museummedewerkers zijn er momenteel volop bezig aan een expo rond ‘herkomstonderzoek’ - ReThinking Collections – die op 19 januari de deuren opent. Ouvry: ‘We beschikken sinds kort over een wettelijk kader dat de teruggave van gestolen objecten regelt. Maar dat vergt heel wat onderzoek naar de herkomst van de objecten. Hoe kwamen ze in onze collecties terecht? Werden ze geroofd of rechtmatig verkregen? De expo zal dat proces belichten, overigens in het kader van het Belgische EU-voorzitterschap.’
Die zogenaamde ‘restitutie’ wordt een uiterst belangrijke taak voor het AfricaMuseum de komende jaren. Overigens, ook voor onze FOD vormt het een dossier van groot belang. Onlangs werd een nieuwe focal point aangesteld die ‘de restitutie en de teruggave van cultureel erfgoed’ opvolgt.
De gloednieuwe restitutiewet voorziet een apart bilateraal verdrag met Congo waarvan twee derden van de collectie van het AfricaMuseum afkomstig is. Ouvry: ‘België heeft aan Congo een voorstel van verdrag overgemaakt, nu wachten we op een antwoord. Het ligt in elk geval niet aan het AfricaMuseum om te beslissen wat gestolen werd en wat niet. Daarvoor wordt een wetenschappelijke commissie aangesteld.’µ
Tijdens het bezoek van Koning Filip aan Congo in 2022 leende hij een topstuk uit de collecties van het AfricaMuseum voor onbeperkte duur uit. Restitutie wordt een uiterst belangrijke taak voor het AfricaMuseum de komende jaren. © Serch Carrière
Restitutie en reconstitutie
Vandaag al zijn 5 Congolese wetenschappers aan de slag in Tervuren rond het herkomstonderzoek. Ze leveren een heel interessante bijdrage, vindt Ouvry. ‘Ze kunnen makkelijk op het terrein gaan in Congo en input geven vanuit de oorsprongsgemeenschap waar het object vandaan kwam.’
Opvallend is hoe verschillend de visies over die restitutie soms zijn. ‘De Congolese collega’s zien het vaak als ‘reconstitutie’. Ze willen veeleer de lacunes in hun collecties aanvullen en zich hun traditionele cultuur weer eigen maken. Ze hanteren een meer holistische visie dus.’
Ook elders in Afrika is die restitutie niet noodzakelijk de eerste prioriteit. Dat stelde Ouvry voor enkele dagen nog vast in Congo-Brazzaville dat zelfs geen nationaal museum heeft. Toch beweegt er iets. ‘In veel Afrikaanse landen groeit de interesse voor de eigen traditionele cultuur. Ik vind dat een positieve evolutie.’
De restitutie wordt hoe dan ook een langetermijnproces, maar dat hoeft geen probleem te zijn. Ouvry haalt het Afrikaanse gezegde aan: ‘Als je snel wil gaan, loop je alleen. Als je ver wil gaan, loop je samen.’
Het AfricaMuseum wil ook nog op een andere manier bijdragen aan de dekolonisering. Ouvry: ‘Door digitalisering kunnen we onze collecties, bibliotheken en archieven perfect toegankelijk maken. We kunnen er zelfs driedimensionale beelden van maken! Zo kunnen ook aan de andere kant van de wereld onze collecties vlot bestudeerd worden, je hoeft er niet voor te reizen.’
Een ruimte rond racisme wil de discussie rond racistische uitspraken opentrekken. © AfricaMuseum
Racism: let’s talk!
Ook met de Afrikaanse diaspora wil Ouvry de banden nog hechter aanhalen. ‘Ze speelde een belangrijke rol bij de vernieuwing. En we hebben ook in ons personeelsbestand steeds meer mensen uit de diaspora. Daarnaast verzorgen verschillende verenigingen van de diaspora hier gidsbeurten. Ik ben het niet altijd eens met hen maar ik vind het belangrijk dat ze zich hier thuis voelen en dat we in dialoog blijven. Het koloniaal verleden heeft veel lagen, het is ook hun verhaal. Kritische stemmen mogen zeker aan bod komen.’
‘Ik zou wel graag een nog meer gestructureerde relatie met hen uitbouwen. Een geslaagde samenwerking is alvast de Afropea-zaal die in december geopend wordt. Ze belicht de plaats en de rol van Afrikanen uit Sub-Saharaans-Afrika en de mensen van Afrikaanse afkomst in ons land, vooral vanaf de 19de eeuw.’
De racistische uitspraken waar mensen van Afrikaanse origine vaak mee af te rekenen hebben, worden trouwens open en bloot getoond in een ruimte rond racisme aan het begin van het museum. Denk aan ‘amai je spreekt zo goed Nederlands’ of ‘mag ik je haar eens aanraken?’. Doel: de discussie rond dergelijke uitspraken opentrekken.
Het AfricaMuseum werkt ook op een andere manier rond racisme. Ouvry: ‘Als supporters veroordeeld zijn voor racisme op of naast het voetbalveld, stuurt de Belgische voetbalbond hen naar ons. Hier leren ze waar de wortels van dat racisme liggen, onder meer in ons koloniaal verleden.’
Echte co-creatie
Niet te vergeten, het AfricaMuseum is evengoed een toonaangevende wetenschappelijke instelling. In heel uiteenlopende disciplines als archeologie, antropologie, biologie, geologie, en taalkunde. Zo wordt er baanbrekend onderzoek verricht over de impact van de klimaatverstoring op het Congolese regenwoud. Of probeert het via opleidingen en doctoraten bij te dragen aan een duurzame mijnbouw in Congo.
Voor dat onderzoek beschikt het museum onder meer over een mooie enveloppe van onze directie-generaal Ontwikkelingssamenwerking. In principe start volgend jaar een nieuw vijfjarenprogramma – met een bedrag van 18 miljoen euro – voor samenwerking met 11 Afrikaanse landen. Ook hier wordt de dekolonisering niet uit het oog verloren. ‘We willen nog meer inzetten op partnerschappen met onder andere opleidingen en doctoraten’, legt Ouvry uit. ‘En daarbij moeten we evolueren naar ‘onszelf overbodig maken’.’
In Afrika houden ze niet meer van de term ‘hulp’, ze willen echte samenwerking op gelijke voet. ‘Dat willen we realiseren door eerst aandachtig te luisteren naar onze partners. Als we een beslissing nemen, moeten onze Afrikaanse partners die beslissing volledig mee met ons nemen. Alleen zo kunnen we echt nuttige dingen doen. De luisterbereidheid aan beide kanten moet tot echte co-creatie leiden. Dat klinkt misschien ambitieus, maar we evolueren in die richting.’
Niet terug te draaien
Het pad naar een verregaande dekolonisering valt in elk geval niet meer terug te draaien. ‘De bocht is genomen’, zegt Ouvry. ‘Nog niet zo lang geleden vonden de Belgen nog dat de kolonisering een goede zaak was. Vandaag is dat niet meer zo. Door de schuivende machtsverhoudingen in de wereld is de context ook helemaal anders. Onze partners willen voor vol aanzien worden.’
Na een dik half jaar aan het hoofd van het AfricaMuseum kan Ouvry tevreden terugkijken. Maar er ligt nog heel wat werk op de plank. De nieuwe richting die het museum uit wil gaan, moet door het voltallige personeel gedragen worden. Daar zijn nu werkgroepen mee bezig. De zaal over de koloniale geschiedenis kan nog ambitieuzer. Het grote publiek moet nog meer betrokken worden, via activiteiten, scholen, sociale media, burgerwetenschap...
Nog een probleem is dat het beschikbare budget niet volledig toereikend is voor het uitgebreide takenpakket. Dat zal mogelijk een sterkere focus vergen. Maar de rol in de dekolonisering zal het AfricaMuseum hoe dan ook nauw ter harte blijven nemen. Het museum moet een open huis zijn waar iedereen zich thuis voelt die interesse stelt in Afrika.
Het AfricaMuseum in cijfers
Het AfricaMuseum biedt onderdak aan een van de rijkste collecties van Afrikaanse objecten buiten Afrika. Enkele voorbeelden.
Culturele antropologie en geschiedenis
- 122.000 etnografische objecten
- 75.000 archeologische artefacten
- 9.000 muziekinstrumenten
- 500.000 oude foto’s
- 70 historische films gewijd aan Belgisch Congo, Rwanda en Burundi (1940-1960)
Biologie
- 6 miljoen insecten
- 1,2 miljoen vissen
- 500.000 vlinders
- 300.000 spinnen
- 150.000 vogels
- 80.000 houtmonsters
Aardwetenschappen
- 264.000 luchtfoto’s
- 160.000 rotsmonsters
- 22.000 paleontologische specimens
- 19.000 mineralen
Publiekswerking in 2022
- 125.743 bezoekers
- 1413 gegidste bezoeken
- 261 workshops waaronder 159 over muziek
Meer over Mens
WikiTropica: een Wikipedia voor tropische ziekten
Voortaan beschikken gezondheidswerkers en studenten uit Zuidoost-Azië en het Globale Zuiden over een unieke tool om een precieze...
Europalia 2023: Georgië, fascinerende smeltkroes van Oost en West
Europalia brengt dit najaar de fascinerende Georgische cultuur voor het voetlicht. Een ideale gelegenheid om dit vrij onbekende ...
Ondersteuning en bescherming van mensenrechtenactivisten in Afrika
Zonder respect voor mensenrechten kunnen de SDG’s niet gerealiseerd worden. Daarom ondersteunt België ngo’s als DefendDefenders ...