België bouwt mee aan de Grote Groene Muur

België zet zich in voor de ‘Grote Groene Muur’: een ambitieus initiatief dat 100 miljoen hectare land in de Sahel wil herstellen, groene jobs voor de bewoners wil creëren en voedselzekerheid wil verbeteren.

  1. Laatst bijgewerkt op
Image
Ethiopische man plant boompje

Een Ethiopische man plant een boompje (project BOS+). © BOS+

Met de Grote Groene Muur willen de Afrikaanse Unie en de internationale gemeenschap 100 miljoen hectare land herstellen tegen 2030: een doorlopende strook in de Sahelregio die de Afrikaanse westkust in Senegal verbindt met de oostkust in Djibouti. Dat betekent dat jaarlijks 8,2 miljoen hectare land hersteld moet worden. Elf Sahellanden zijn erbij betrokken.

Dit ‘vlaggenschip’-programma van Agenda 2063 van de Afrikaanse Unie wil landdegradatie, woestijnvorming, verlies aan biodiversiteit en klimaatverandering in de Sahel tegengaan door duurzaam bodembeheer en landherstel te promoten. Tegelijkertijd zorgt het voor groene jobs en extra voedsel. Meteen zullen minder mensen uit pure levensnoodzaak moeten migreren. Tal van partners scharen zich mee achter het ambitieuze initiatief.

50 miljoen euro

Ook België draagt zijn steentje bij aan dit ‘wonder in wording’. Onlangs besliste minister van Ontwikkelingssamenwerking Kitir om 50 miljoen euro vrij te maken voor een periode van 5 jaar (2022-2026) voor een thematische portefeuille klimaat. Het bedrag zal besteed worden in 4 Belgische partnerlanden in de Sahel: Burkina Faso, Niger, Mali en Senegal.

Oplossingen geïnspireerd door de natuur moeten het mogelijk maken de kwetsbare bevolking in het gebied weerbaarder te maken en de woestijnvorming een halt toe te roepen. Dat zal ook resulteren in een betere voedselzekerheid en in groene jobs en waardig werk. Gendergelijkheid zal centraal staan. Daarnaast schrijft het programma zich volledig in in Belgiës geïntegreerde aanpak voor een stabielere en veiligere Sahel. Het Belgisch ontwikkelingsagentschap Enabel werkt momenteel de concrete acties uit.

APEFE

De Belgische vzw APEFE is al sinds 2014 actief in Burkina Faso, met de steun van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking. De organisatie doet dat in nauwe samenwerking met het Burkinese ministerie van Milieu, Groene Economie en Klimaatverandering.

Het APEFE-programma richt zich vooral op capaciteitsversterking. De gemeente Bourzanga doet dienst als pilootproject. Op basis van de opgedane ervaring zal het programma later opgeschaald worden. Opleiding staat centraal. Zo werden sinds 2018 795 vrouwen gevormd in compostering en agro-ecologie. 130 kaderleden en lokale medewerkers kregen een opleiding over onder meer de duurzame productie van niet-hout-bosproducten.

Image
Mensen leggen stenen richels aan in woestijnachtig gebied

Vorming om stenen richels aan te leggen. © APEFE

485,5 hectare land werden hersteld met technieken die al eeuwenlang in de Sahel gekend zijn. Zo kunnen stenen richels op een helling  – al dan niet in de vorm van een halve maan - het afstromend water tegenhouden zodat het beter in de bodem sijpelt. De eenvoudige maar ingenieuze zaï-methode bestaat erin dat men kleine putjes graaft die vollopen met water als het regent. Dat is het moment om de putjes te vullen met compost of mest, gemengd met zand, samen met zaad van een boom of gewas. Zo kan het zaad goed ontkiemen en groeien. Daarnaast werden 675 mestputten aangelegd.

APEFE zet ook in op communicatie. Om de Grote Groene Muur te kunnen realiseren, is het immers onontbeerlijk dat de lokale bevolking het belang ervan goed inziet. De Groene Muur móet gewoonweg een sterk merk worden. Daarom vormde APEFE 50 journalisten en verspreidde het boodschappen via plaatselijke radio’s. Er vonden ook theatervoorstellingen plaats.

ADEPS en AWEX

APEFE voert tevens herbebossing uit om de CO2-uitstoot van Belgische organisaties te compenseren. Zo heeft de Administration générale du Sport en Fédération Wallonie-Bruxelles (ADEPS) – Franstalige tegenhanger van Sport Vlaanderen – sinds 2018 de verplaatsingen met de wagen van zijn wandelaars gecompenseerd. Sinds 2020 compenseert het Agence wallonne à l’Exportation (AWEX) zijn economische missies, eveneens via APEFE.

Samen met de Burkinese ngo Tipaalga werden 20 boomkwekerijen geselecteerd die elk tussen de 5000 en 20.000 boompjes kweken. De keuze viel op nuttige lokale soorten zoals baobab en acacia. Sommige soorten zullen gebruikt worden om levende heggen aan te planten om de velden tegen wilden dieren te beschermen. Andere soorten leveren traditionele geneesmiddelen of voedzame vruchten en bladeren.

Dankzij ADEPS konden in 2018 en 2019 240.000 boompjes aangeplant worden. In 2020 financiert ADEPS 110.000 boompjes en AWEX 42.000. Niet te vergeten, 500 producenten konden genieten van een opleiding in duurzaam bodembeheer: compostering, aanleg van stenen richels en dergelijke. APEFE kiest ervoor om plaatselijke mensen op te leiden die dan op hun beurt andere producenten van hun eigen gemeenschap opleiden. Op die manier hebben de vormingen veel meer impact.

Image
Boomkwekerij in Burkina Faso

Boomkwekerij in Burkina Faso die zal instaan voor herbebossing. © APEFE

4 miljoen begunstigden

Ten slotte heeft APEFE, samen met Oxfam Spanje, in 2020 een nieuw project gelanceerd, met de steun van de Europese Unie. Doel: het leiderschap van jongeren en vrouwen versterken in klimaatbeheer en de veerkrachtige aanpassing aan de klimaatverandering.

De Burkinese overheid en de internationale gemeenschap tonen zich in elk geval uiterst tevreden over de acties van APEFE. Onrechtstreeks komen deze ten goede aan de totale bevolking van de Burkinese zone voor de Grote Groene Muur, wat neerkomt op ruim 4 miljoen mensen. 85% onder hen hangt direct af van natuurlijke hulpbronnen voor hun overleving. Door het land te herstellen, krijgen ze opnieuw de mogelijkheid om te produceren en in hun levensonderhoud te voorzien.

Image
Boompjes in opkweek in Ethiopië

Boompjes in opkweek in Ethiopië (project BOS+). © BOS+

BOS+

Samen met lokale partners zet BOS+ in op het herstel en duurzaam beheer van gedegradeerd land in de Ethiopische hooglanden, een gebied geteisterd door extreme omstandigheden van armoede en droogte.

BOS+ focust op 9 gemeenschappen, die samen meer dan 400 ha gedegradeerd bos willen herstellen onder de vorm van ‘exclosures’ die ze zelf beheren. In deze tijdelijk omheinde zones mogen ze geen brandhout meer verzamelen en hun vee mag er niet meer grazen. Op die manier kunnen aangeplante boompjes of natuurlijk voorkomende zaailingen uitgroeien tot volwassen bomen. Op lange termijn zorgt dat bos voor minder erosie (= verlies van vruchtbare bodempartikels) en betere regenwaterinfiltratie. Het vormt ook een bron van brand- en constructiehout.

Bij het begin van het project zijn de begunstigden vooral landloze boeren, vaak jongeren en vrouwen. Ze krijgen toegang tot een stuk land van de ‘exclosure’ en leren er een inkomen uit genereren. Hun activiteiten mogen wel de plantengroei niet schaden. Zo installeren ze er bijenkorven en oogsten er gras voor hun koe, enkele geiten en schapen. Op die manier halen ze er voordeel uit om het bos te beschermen. Ze planten zelf jonge boompje en verzekeren er nauwlettend de nazorg van, wat zeker nodig is in deze droge omstandigheden.

Andere ngo’s

Maar naast APEFE en BOS+ dragen nog een pak andere Belgische ngo’s bij tot de Grote Groene Muur: SOS Faim, Autre Terre, Iles de Paix, Solidagro, Solidarité Socialiste, Broederlijk Delen, Oxfam Solidariteit, ULB Coopération, Join for Water… Ze promoten immers alle agro-ecologie, boslandbouw en geïntegreerd waterbeheer, in Mali, Burkina Faso en/of Niger. Deze benaderingen laten toe de vruchtbaarheid van de bodem op te krikken, en erosie en uiteindelijk ook woestijnvorming tegen te gaan.

Het particuliere initiatief Ondernemers zonder Grenzen (OZG) ten slotte slaagde erin 10.000 hectare nieuw ‘agrobos’ aan te leggen in Burkina Faso, onder meer via de zaï-methode. Momenteel passen ze dezelfde techniek toe in Senegal. OZG werd officieel geaccrediteerd door de VN-Conventie tegen Woestijnvorming (UNCCD).