-
Laatst bijgewerkt op
De dichte drommen mensen wachtend aan de ingangspoorten van de luchthaven in Kaboel. © SPF AE/FOD BZ.
België heeft geen diplomatieke post in Afghanistan. Toch volgt ons land de situatie daar wel degelijk van nabij op, met name via onze ambassade in Islamabad in buurland Pakistan. Tot aan de machtsgreep door de taliban vonden geregeld missies plaats van onze post naar Afghanistan, de laatste in juni 2021.
Jarenlang negatief reisadvies
Zelfs in aanwezigheid van de VS en de NAVO – met medewerking van ons land – was de toestand in Afghanistan niet bijster veilig. Daarom raadde onze FOD al jarenlang sterk af om naar Afghanistan te reizen. We adviseerden onze landgenoten in Afghanistan in augustus om het land te verlaten. Het reisadvies stelde overduidelijk dat het heel moeilijk, zo niet onmogelijk, was om er consulaire bijstand te verlenen.
Het was al enige tijd bekend dat de VS en de NAVO Afghanistan ten laatste in september 2021 zouden verlaten. Onze post was zeker beducht op de gevolgen daarvan. Tijdens een missie in juni 2021 konden onze ambassademedewerkers ter plaatse al vaststellen dat de politieke toestand ongunstig evolueerde. Hun conclusie? ‘Brace, brace, brace for the impact.’ (= zet je schrap voor de impact).
Plotse toename van aanvragen
Vanaf 16 juli nam onze ambassade contact op met alle geregistreerde personen om hen te waarschuwen voor de verslechterende situatie en hen uit te nodigen zo snel mogelijk Afghanistan te verlaten. Toen de taliban aan hun bliksemveroveringstocht van Afghanistan begonnen, heeft onze post in Islamabad op 7 augustus onze landgenoten nogmaals formeel opgeroepen om het land te verlaten.
Op 14 augustus veroverden de taliban Jalalabad, een stad ten oosten van hoofdstad Kaboel, zonder enig bloedvergieten. Kaboel zelf kwam binnen hun bereik. Daarom contacteerde onze post opnieuw de 34 mensen die ingeschreven waren, alsook de 15 reizigers die zich via TravellersOnline hadden aangemeld. Van die 15 meldde er slechts één dat hij misschien hulp nodig had.
Een dag later, op 15 augustus, kantelde de situatie volledig. De toenmalige Afghaanse president Ghani ontvluchtte het land en Kaboel viel zeer snel. Steeds meer Belgen meldden zich aan, op 16 augustus waren er dat al 105.
Operatie NEO Red Kite
Op zondagochtend 15 augustus verwittigde ambassadeur Bronchain minister Wilmès dat er plots veel meer aanvragen binnen kwamen. Bijgevolg zou het aanvankelijke plan om het beperkte aantal Belgen te repatriëren via vluchten van bevriende landen, niet meer kunnen doorgaan.
Daarop volgde heel snel overleg met onze collega’s van Defensie en binnen de FOD Buitenlandse Zaken. De ambassade en alle betrokken diensten hebben 24 uur op 24 gedraaid, 7 dagen op 7, tot begin september. Alle verloven van onze medewerkers werden ingetrokken en aan de collega’s op vakantie werd gevraagd onmiddellijk terug te keren naar de ambassade. Hetzelfde gold voor het departement in Brussel.
De Belgische regering besliste op 16 augustus officieel om de evacuatie-operatie “NEO Red Kite” op te starten (NEO = non-combatant evacuation operation). Twee dagen later – op 18 augustus – arriveerden de eerste teams van onze FOD en van Defensie in Islamabad om er onze ambassade te versterken. Doel: een dubbele luchtbrug opzetten, in beide richtingen tussen Kaboel en Islamabad en tussen Islamabad en Brussel.
Dat betekende het definitieve startschot van 7 helse dagen waarbij alle medewerkers zich vrijwel 24/24 voluit hebben ingezet. Een menigte mensen stroomde, vaak in paniek, naar de luchthaven in Kaboel om het land zo snel mogelijk te verlaten. De luchthaven bleef voornamelijk in handen van het Amerikaanse leger, alles erbuiten hoorde toe aan de taliban. De tijd was echter heel beperkt. De taliban wilden op 31 augustus de luchthaven overnemen, de evacuaties moesten dus een paar dagen voordien al afgelopen zijn.
De lijst met gegadigden die onze post in Islamabad continu bijhield, bleef explosief groeien. Het betrof niet alleen mensen met de Belgische nationaliteit en hun kerngezin, maar ook een pak andere rechthebbenden: mensen die in België verbleven, mensen (tolken…) die voor onze strijdkrachten of onze diplomatieke missies hadden gewerkt, naast mensen met een kwetsbaar profiel die bescherming nodig hadden, zoals ngo-medewerkers, mensenrechtenactivisten en journalisten.
De laatste vergadering van het versterkte team in de ambassade in Islamabad, een paar uur voor het vertrek naar Kaboel. © SPF AE/FOD BZ
Een geoliede machine
Maar hoe haal je die rechthebbenden uit de drommen mensen aan de ingangen van de luchthaven? En hoe coördineer je dat allemaal terwijl ook andere landen druk doende zijn hun eigen mensen te evacueren? En niet te vergeten: in een context waarbij de taliban niet 100% te vertrouwen zijn en soms hardhandig optreden, en er ook vijandige terroristische groeperingen actief zijn.
Op geen tijd werd een geoliede machine uit de grond gestampt. Die vloeide voort uit een vlotte samenwerking tussen Buitenlandse Zaken, Defensie en Asiel & Migratie, naast een aantal andere Belgische instanties.
Om de aankomst van de collega’s van Defensie en Buitenlandse Zaken in goede banen te leiden, maakte onze ambassade dankbaar gebruik van haar netwerken die ze gedurende jaren had opgebouwd en onderhouden, zowel in Islamabad als in Kaboel. Zo werd er contact opgenomen op het hoogste niveau met het Pakistaanse ministerie van Buitenlandse Zaken en met het hoofdkwartier van het Pakistaanse leger in Rawalpindi. Zonder die terreinkennis en de netwerken die onze ambassade nauwgezet onderhoudt – zoals al onze posten in het buitenland – zou het veel lastiger, zo niet onmogelijk geweest zijn om een dergelijke actie op touw te zetten.
Er werden in Islamabad en Kaboel 4 teams opgezet: (1) Het algemeen coördinatiecentrum gesitueerd in en beheerd door de ambassade zelf, waarin een verbindingsofficier van Defensie was gedetacheerd, en dat ook de relaties onderhield met de Pakistaanse autoriteiten; (2) Het militaire commandocentrum in de ambtswoning van de ambassadeur; (3) De transitoperaties op de luchthaven van Islamabad; en (4) De evacuatie-operaties op de luchthaven van Kaboel.
De Belgische ploeg aan één van de toegangspoorten van de luchthaven in Kaboel. © SPF AE/FOD BZ
Van de gates naar de tarmac
De allereerste schakel van de keten bevond zich aan de toegangspoorten van de luchthaven in Kaboel. Onze ploegen hadden voornamelijk postgevat aan de North Gate – bewaakt door Amerikaanse soldaten – en Abbey Gate – vooral bewaakt door Britse soldaten. Daar werden de rechthebbenden van de Belgische lijst - opgeroepen via sms en e-mail en herkenbaar bijvoorbeeld aan een smiley of een Belgisch vlagje - binnengelaten.
Een tweede consulair onderzoek op de tarmac. © SPF AE/FOD BZ
Na een snelle verifiëring of ze aan alle consulaire eisen voldeden, begeleidden onze medewerkers de rechthebbenden naar de Belgische zone in de luchthaven die we deelden met Nederland en Canada. Daar volgde een tweede consulair onderzoek. Nadien werden ze naar de tarmac van de luchthaven gebracht en met Belgische militaire C-130-vliegtuigen naar Islamabad gevlogen.
Gedurende de hele operatie vonden 23 Belgische vluchten plaats van Kaboel naar Islamabad. Een vliegtuig mocht niet langer dan 30 minuten op de tarmac blijven staan. Best stresserend, ook voor de piloten. Ons land had weliswaar bepaalde tijdsloten verkregen, maar het luchtruim was toch buitengewoon druk omdat zoveel landen hun mensen probeerden weg te krijgen.
De geëvacueerden komen aan in de luchthaven van Islamabad. © SPF AE/FOD BZ
Van Islamabad naar België
Een volgende belangrijke schakel was de luchthaven van Islamabad. De rechthebbenden werden er opgevangen in een zone die de Pakistaanse autoriteiten ons hadden toegewezen. Daar konden ze wachten op een repatriëringsvlucht naar België. Dat gebeurde vooral met civiele gecharterde vluchten van Air Belgium en ook met A400M militaire vluchten.
Ook hier ging het werk 24/24 door. Overdag werden de mensen opgevangen die vanuit Kaboel arriveerden. Vaak hadden ze het fysisch en psychisch lastig nadat ze urenlang en soms dagenlang voor de poorten van de luchthaven in Kaboel hadden doorgebracht. ’s Nachts werden de vluchten naar Brussel voorbereid. Een cateringdienst zorgde voor maaltijden terwijl er ook medische zorg beschikbaar was indien nodig. Ook de aankomsten en vertrekken op de luchthaven voor het personeel zelf moesten geregeld worden.
Bij hun aankomst in België werden de geëvacueerden verder opgevangen door de betrokken diensten zoals die voor asiel en migratie. Er werd een onthaalcentrum ingericht in Peutie, onder coördinatie van het Nationaal Crisiscentrum. Daar konden alle aankomstformaliteiten tegelijk geregeld worden.
Veilig aangekomen op Belgisch grondgebied. © SPF AE/FOD BZ
1.434 personen geëvacueerd, alle medewerkers heelhuids terug
In totaal konden ruim 1.434 personen geëvacueerd worden. Daaronder bijna 1.000 rechthebbenden van de evacuatielijst van België, naast een 400-tal mensen van de lijsten van Oostenrijk, Nederland, Luxemburg, Denemarken, Zweden en de VS.
Let wel: een aantal Belgische rechthebbenden werd ook meegenomen door vluchten van andere Europese landen. Dit voorbeeldig en continu overleg tussen de Europese landen vond op 2 fronten plaats – in Kaboel én Islamabad – om zo veel mogelijk Europese burgers te kunnen evacueren.
Na een marathon van 7 dagen begonnen de VS de luchthaven te sluiten en de landen te vragen hun activiteiten te stoppen. Bovendien werd het risico op een aanslag extreem hoog ingeschat. De Belgische regering besliste daarom op 25 augustus om de operatie Red Kite stop te zetten. Precies één dag later vonden 2 bloedige zelfmoordaanslagen plaats, meer bepaald aan Abbey Gate waar de Belgen de mensen oppikten.
Al het militair en diplomatiek personeel, alsook de rechthebbenden, hebben Afghanistan heelhuids kunnen verlaten. Er werden alleen 2 Belgen gewond, die ondertussen naar België teruggekeerd zijn.
Extreem moeilijke omstandigheden
Om verschillende redenen waren de omstandigheden extreem moeilijk. Zo was het niet evident om aan de toegangspoorten de drummende, paniekerige menigte te aanschouwen. Meerdere mensen, waaronder jonge kinderen, zijn gestikt in het gedrum. Wanhopige ouders gooiden hun kind de luchthaven binnen in de hoop zo binnen te raken. Of nog, een wanhopige baby die wachtte op melk van zijn moeder, geklemd aan de binnenkant van de toegangsdeur. Continu gehuil van duizenden mensen.
Onze ploegen waren ook dag en nacht getuige van zwaar geschut, flitsen, knallen, traangas, er hing een constante dreiging van geïmproviseerde explosieven. Tot 2 keer toe werd ons team gedwongen om het terrein in allerijl te ontruimen.
Op de eerste dag al vonden er verschillende chirurgische operaties plaats in de open lucht, voor de ogen van onze militairen en de staf van Buitenlandse Zaken. Er zijn aan de North Gate ook twee mensen gedood, terwijl onze teams daar aan het werk waren.
De fysieke en mentale druk was dus enorm. Onze medewerkers werkten meer dan 20 uur per dag, onder onnoemelijk veel stress. Op sommige dagen liep de temperatuur op tot 47 graden. Kilometers te voet in een compacte menigte waren geen uitzondering.
Ook het crisiscentrum in Brussel speelde een voorname rol bij het welslagen van de evacuaties. © SPF AE/FOD BZ
Cruciale ondersteuning vanuit Brussel
De operaties zouden nooit tot een goed einde gebracht zijn zonder de nadrukkelijke steun vanuit Brussel. Of het nu was via de opening van het crisiscentrum dat 24/24 beschikbaar was, het overleg dat 3 maal per dag plaatsvond tussen de ambassade en de betrokken diensten in Brussel, de installering van specifieke e-mailboxen of speciale communicatiegroepen.
Die steun was niet alleen operationeel, maar ook politiek. Zo heeft onze ambassade, in overleg met de respectieve kabinetten, besprekingen kunnen regelen tussen minister van Buitenlandse Zaken Wilmès en haar Pakistaanse homoloog, evenals tussen premier De Croo en de Pakistaanse eerste minister Imran Khan.
Er werden ook politieke contacten gelegd met andere landen die op de luchthaven van Kaboel actief waren, zoals Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Minister van Buitenlandse Zaken Wilmès werd verschillende keer per dag ingelicht over de toestand op het terrein en kon de operatie steunen, onder andere via regelmatige contacten met haar ambtgenoten.
Overblijvende rechthebbenden blijven opgevolgd – Operatie “Little Kite”
Omdat de evacuatieoperatie uit Kaboel vroegtijdig afgebroken werd, hebben we toen jammer genoeg niet iedereen kunnen helpen. Op 25 augustus 2021 bleven er ‘s avonds ongeveer 150 personen over die nog niet geëvacueerd waren.
Vanaf 26 augustus hebben onze diensten gezocht naar alternatieven om de resterende landgenoten en rechthebbenden uit Afghanistan te halen. Zowel via contacten met de Pakistaanse autoriteiten als via overleg met andere ambassades van lidstaten van de NAVO en de EU.
Eind september 2021 bevonden zich nog 442 rechthebbenden op de evacuatielijst. Het overgrote deel ervan had zich slechts na 26 augustus, dus na de operatie Red Kite, kenbaar gemaakt. Onze post volgt hun situatie op, maar ongeveer een derde ervan bleek onbereikbaar. Mogelijk waren sommigen al naar België afgereisd zonder onze post op de hoogte te brengen. Een aantal onder hen bleef liever in Afghanistan tot de administratieve situatie van hun familieleden uitgeklaard was of ze probeerden in Pakistan een visum te verkrijgen voor ons land.
Via vliegtuigen die door Qatar werden ingelegd, konden 73 Belgen en hun kerngezinsleden naar België terugkeren. Deze vluchten worden opgevolgd door onze post in Doha. Bovendien hebben ongeveer 180 mensen op eigen initiatief beslist om de grens met Pakistan over te steken en heel weinigen konden Afghanistan via andere landen verlaten. Tot zeer recent zijn er nog steeds rechthebbenden die zich voor de eerste keer aanmelden.
Gezien de omstandigheden, mogen we wel degelijk van een succes spreken. Onze post in Islamabad en het hoofdkwartier in Brussel stonden plots voor een herculestaak die ze wonderwel goed volbracht hebben. Dat natuurlijk dankzij de onmisbare samenwerking met Defensie en Asiel & Migratie. Onze ambassade en het hoofdkwartier blijven zoeken naar een oplossing voor de overblijvende rechthebbenden.
Enkele cijfers
- Meer dan 1.400 mensen werden uit Kaboel geëvacueerd.
- Honderden coördinatievergaderingen tussen de ambassade en de administratieve en politieke autoriteiten in Brussel – waaronder meerdere rechtstreekse telefoongesprekken met minister Wilmès.
- Transport en logement werden georganiseerd voor meerdere honderden mensen.
- Meer dan 240 telefoonkaarten werden aangekocht.
- De geëvacueerden kregen tussen de 2.500 en 3.000 maaltijden.
- Tussen 14 en 31 augustus ontving onze ambassade in totaal 23.289 mails, of 53,9 mails per uur gedurende 18 dagen (persoonlijke mailboxen en mailboxen in Brussel niet meegerekend).
- De recorddag was 26 augustus toen de ambassade in de publieke mailbox alleen al 1.750 mails kreeg in 12 uur, dus 2,43 per minuut.
- Gedurende dezelfde periode verstuurde onze post 20.466 mails, dat komt neer op 47,38 mails per uur gedurende 18 dagen. De persoonlijke mailboxen van de medewerkers, de duizenden telefoons en WhatsApp-berichten en de honderden coördinatievergaderingen met Brussel niet meegerekend.
- Meerdere tientallen diplomatieke clearances (= toelatingen om over een territorium te vliegen) werden door ons personeel in Islamabad ingediend, om de vluchten mogelijk te maken.
Besluit
Aangezien een crisis nooit volgens plan verloopt, ligt de sleutel tot succes in het vermogen van de mensen/autoriteiten om op passende wijze te handelen en de werkwijze constant aan te passen. Vandaar het cruciale belang om goed opgeleid te zijn, klaar te staan om op te treden en over de nodige institutionele structuren te beschikken.
Na de COVID-19-crisis zijn de evacuaties uit Afghanistan de tweede grote repatriëringsoperatie voor Buitenlandse Zaken in minder dan 18 maanden. Deze crisissen onderstrepen perfect het belang van het werk van alle medewerkers van de FOD Buitenlandse Zaken om onze landgenoten in het buitenland bij te staan.
Ook al wordt dit werk - soms - onder uitzonderlijke omstandigheden verricht wegens de aard ervan en de emotie die het teweegbrengt, zoals in Afghanistan (de laatste evacuatie waarbij ook Defensie betrokken was, dateert van 1994 tijdens de genocide in Rwanda), toch maakt dit werk deel uit van het DNA van Buitenlandse Zaken. Het wordt dan ook dagelijks en het hele jaar door uitgevoerd door onze diensten, die tussenbeide komen om onze landgenoten of personen die onder onze bescherming staan te hulp te komen. Of het nu tijdens grote crises is of tijdens meer specifieke situaties. Of het nu uitgebreid in de media aan bod komt of in uiterste discretie wordt uitgevoerd, zonder dat het grote publiek ooit wordt ingelicht om redenen die dat rechtvaardigen. Ook dat is Buitenlandse Zaken.
Meer over Onze ambassades in actie
Bruggen bouwen in Tanzania
Onze ambassademedewerkers in Dar Es Salaam reisden een aantal keer naar Kigoma om er met eigen ogen te aanschouwen hoe Enabel er...
Buja Tour 2021: heerlijk en ontspannen fietsen in Bujumbura
Meer dan 160 enthousiastelingen namen deel aan een fietstocht door de straten van Bujumbura (Burundi), georganiseerd door onze a...
Allereerste energieneutrale Belgische ambassade in Marokko
Eind mei 2021 werd al ons diplomatiek personeel in Marokko gecentraliseerd in een gloednieuw gebouw in Rabat. En niet zomaar een...