Summit of the Future wil de toekomst van het mondiale bestuur richting geven

  1. Laatst bijgewerkt op
Image
Algemene Vergadering van de VN tijdens de 100e plenaire vergadering

De Algemene Vergadering (AV) van de VN houdt zijn 100ste plenaire zitting over de duurzame ontwikkeling van kleine eilandstaten (16 juli 2024). Straks in september wordt een volgend werkjaar van de AV afgetrapt met onder andere een Summit of the Future. © UN Photo/Eskinder Debebe

De huidige VN-instellingen – evenals andere internationale organen - weerspiegelen niet meer de machtsverhoudingen in een veranderende, multipolaire wereld. Daarom zijn ze aan een grondige hervorming toe. Bovendien is het hoogtijd dat de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s) versneld worden uitgevoerd. Kan de Summit of the Future van de VN in september 2024 daartoe een katalysator zijn?

Wat vooraf ging: ontstaan van de VN

Na het beëindigen van WOII was er dringend nood aan een internationale organisatie die kon voorkomen dat een dergelijk gruwelijk conflict in de toekomst opnieuw zou uitbreken. Om daarover te onderhandelen kwamen in 1945 51 landen bijeen in San Francisco (VS). Samen schreven ze het charter van wat zou uitgroeien als de Verenigde Naties (VN) zoals we het vandaag kennen. Met 193 lidstaten vertegenwoordigen ze zo goed als de hele wereld.

De VN waren dus in eerste instantie een behoeder van vrede. Maar de opstellers van het charter begrepen dat vrede onmogelijk zou zijn zonder terzelfder tijd de sociale en economische ontwikkeling te bevorderen en op te komen voor de mensenrechten. Tot op vandaag blijven dit de 3 hoofdpijlers van de VN:

  • Internationale vrede en veiligheid
  • Duurzame ontwikkeling voor iedereen
  • Bescherming van mensenrechten

Het potentieel machtigste orgaan binnen de VN is de VN-Veiligheidsraad, verantwoordelijk voor het handhaven van internationale vrede en veiligheid. Zijn besluiten zijn bindend.

De VN-Veiligheidsraad heeft 15 leden waaronder 5 permanente, elk met vetorecht (= het recht om een beslissing te blokkeren): de VS, Rusland, China, Frankrijk en het VK. Die 5 machtigste leden zijn zo ongeveer de overwinnaars van WOII. Door de huidige interne verdeeldheid heeft de Veiligheidsraad echter sterk aan invloed ingeboet (zie verder).

Wat vooraf ging: ontstaan van Wereldbank en IMF

In dezelfde periode – 1944 – werd het systeem van Bretton Woods afgesloten: een financieel-economisch akkoord tussen 44 landen. Daarbij werden zowel het Internationaal Monetair Fonds (IMF) als de Wereldbank opgericht, zogenaamde Internationale Financiële Instellingen. Het IMF kreeg als rol om snel en doeltreffend in te grijpen bij een acute financiële crisis. De Wereldbank financiert vooral duurzame oplossingen om de armoede te verminderen en voorspoed te bevorderen in ontwikkelingslanden.

In beide financiële instellingen hebben alle aangesloten landen zeggenschap in verhouding tot hoeveel geld ze inbrengen: one dollar, one vote. Daardoor hebben rijke landen er meer invloed dan arme. Een Belgische stem telt er voor 1,30%.

Van bipolair en unipolair naar multipolair

Na WOII ontstond een duidelijk bipolaire wereld. Aan de ene kant had je het Westen met als grootste macht de VS, aan de andere kant het Oostblok onder de Sovjetunie. In de jaren 1960 groepeerden 77 ontwikkelingslanden zich tot de G77 waarbij ook China zich aansloot. Doel: binnen de VN opkomen voor de gemeenschappelijke economische belangen van het armere ‘Zuiden’.

Na de val van de Muur in 1989 ontstond tijdelijk een unipolaire wereld met de VS als voornaamste grootmacht. Maar sindsdien groeiden landen van het Zuiden stilaan uit tot economische machten. Zo heeft de economie van China die van de VS zo goed als bijgebeend. Ook landen als Brazilië, India, Indonesië, Mexico en de Zuidoost-Aziatische landen krijgen meer gewicht, door een groeiende economie én bevolking.  

Image
Vergadering van de VN-Veiligheidsraad

De VN-Veiligheidsraad vergadert over ‘Multilaterale samenwerking voor een rechtvaardiger, democratischere en duurzamere wereldorde’ (16 juli 2024). Het vetorecht van de permanente leden belemmert er de capaciteit om doortastende beslissingen te nemen. © UN Photo/Loey Felipe

De internationale instellingen zijn niet meer representatief

Door de schuivende machtsverhoudingen voelen de landen van het Globale Zuiden (zie kader) zich niet meer voldoende vertegenwoordigd in verschillende cruciale internationale instellingen en organen. Denk aan de VN – vooral de Veiligheidsraad -, het IMF, de Wereldbank, de Wereldhandelsorganisatie (WTO), de G7, de G20 en de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).

De VN functioneren ook niet altijd naar behoren, zeker wat de eerste pijler betreft: de vrede behoeden in de wereld. In de Veiligheidsraad belemmert het vetorecht van de permanente leden de capaciteit om doortastende beslissingen te nemen. Zo blokkeert Rusland tegenwoordig alle resoluties over de oorlog in Oekraïne en doet de VS meestal hetzelfde voor resoluties rond Gaza.

Ook de vredesmissies – met VN-blauwhelmen – slagen er niet altijd in de verwachtingen in te lossen. MINUSMA – de vredesmissie in Mali – moest onlangs vertrekken op vraag van de regering en ook MONUSCO zal weggaan uit Oost-Congo. De vraag stelt zich of het nog van deze tijd is om overal ter wereld grote vredesoperaties met blauwhelmen uit te sturen.

Minilateralisme: nieuwe machtsformaties in de wereld

Om onderlinge samenwerking te bevorderen, ontstonden diverse regionale organisaties zoals de Afrikaanse Unie (AU), de Associatie van Zuidoost-Aziatische landen (ASEAN) en de Gemeenschap van Latijns-Amerikaanse en Caraïbische Staten (CELAC).

Daarnaast positioneren zich tevens een aantal ‘minilaterale’ formaties. Men spreekt ook van ‘minilateralisme’: kleinere groepen landen die samenwerken om problemen aan te pakken of gemeenschappelijke doelen na te streven.

Het meest bekende is de BRICS die aanvankelijk Brazilië, Rusland, India en China en Zuid-Afrika groepeerde. Recent werden ook Iran, Ethiopië, Egypte en de Verenigde Arabische Emiraten lid. Of nog de Shanghai Cooperation Organisation (CSO) die zich oorspronkelijk meer op Centraal-Azië richtte.

Door de opkomst van landen als China, India, Indonesië en Zuid-Afrika, naast de minilaterale landengroepen, ontstaat een meer multipolaire wereld die nog zijn evenwicht zoekt.  

Op zich is daar niets mis mee. Maar er is wel een risico tot verdergaande fragmentering. Zo vinden de G77 – die nog altijd bestaan – steeds moeilijker eensgezindheid. China bijvoorbeeld verschilt van mening van de andere G77-landen over het wegwerken van de schuldenlast en de hervorming van de Veiligheidsraad.

Bovendien bestaat het gevaar dat de opkomende landen en de kleinere formaties de VN en de ermee gepaard gaande internationale regels de rug toekeren. En dat zou nefast zijn om oplossingen te vinden voor de grote mondiale problemen van vandaag zoals klimaat en veiligheid.

Het Globale Zuiden: voorname geopolitieke spelers

Het begrip ‘het Globale Zuiden’ omvat landen uit diverse continenten met heel uiteenlopende culturen en politieke en economische systemen. Daartoe behoren bijvoorbeeld ook de Kleine Eilandstaten. Toch hebben ze alle een aantal gemeenschappelijke kenmerken:

  • Ontevredenheid met de huidige internationale orde die te veel invloed bij het Westen legt en dus vragende partij voor een eerlijker verdeling van macht;
  • Ontevredenheid met wat ze het falen van het Westen noemen om hun beloftes na te komen (rond ontwikkelingsfinanciering en dergelijke);
  • Een voorkeur om te balanceren tussen China en de VS zonder tot een strak blok te behoren;
  • Een geloof in alternatieven voor het Westers paradigma.

Ondanks die gemeenschappelijke kenmerken treden de landen van dat Globale Zuiden niet eensgezind naar buiten en vormen ze zeker geen verenigde entiteit. Daarom vinden sommigen het begrip niet echt bruikbaar.

Moeizame hervormingen

Toch zijn een aantal verzuchtingen van dat Globale Zuiden legitiem. Ook België (zie kader) en de EU willen dat de VN-instellingen hervormd worden zodat ze de huidige machtsverhoudingen beter weerspiegelen.

Alleen verlopen die hervormingen uiterst moeizaam. Want als meer landen aan de bak komen, spreekt het voor zich dat de taart over een pak meer gegadigden moet verdeeld worden. De huidige landen zullen dus een deel van hun stuk van de taart moeten afstaan, en dat doen ze liever niet.

Zeker in de Veiligheidsraad verloopt het stroef. Daar speelt ook competitie een rol. Zo heeft een land als China het lastig om India of Japan naast zich te dulden.

Kleine stapjes vooruit

Dat betekent niet dat er helemaal niets gebeurt. In 2022 heeft de Algemene Vergadering (AV) – waar elk land één stem heeft – een resolutie aangenomen op initiatief van Liechtenstein. Voortaan wordt er over elke beslissing die in de Veiligheidsraad door een veto geblokkeerd werd, gedebatteerd in de AV. Dat gebeurde onder andere over Oekraïne en Gaza. Een overgrote meerderheid van de AV stemde voor een wapenstilstand en een terugtrekken van Rusland uit Oekraïne. De resolutie laat niet toe dat de AV kan beslissen over vredesmissies – alleen de Veiligheidsraad kan dat op basis van het VN-charter – maar biedt toch al een ruimer speelveld voor alle landen.

Ook over de vredesmissies werd al enige vooruitgang geboekt, met name door de goedkeuring van resolutie 2719 in de Veiligheidsraad eind 2023. Voortaan kunnen de VN vredesoperaties financieren die uitsluitend door de Afrikaanse Unie uitgevoerd worden. Wel op voorwaarde dat de Veiligheidsraad die missies heeft goedgekeurd. België en de EU zijn daar voorstander van en sponsorden mee de resolutie.

De EU hernieuwde zijn contacten met diverse regionale organisaties zoals de AU (Afrika), CELAC (Latijns-Amerika) en ASEAN (Azië), en dat op voet van gelijkheid. Die gelijkwaardigheid blijkt bijvoorbeeld uit het recente akkoord van Samoa met de ACP-landen (Afrika, Caraïben en Stille Oceaan), opvolger van de overeenkomst van Cotonou. Ook de VS zoekt meer toenadering tot Afrika.

Image
Hadja Lahbib, Caroline Gennez en António Guterres op weg naar een vergadering in het Egmontpaleis

Minister van Buitenlandse Zaken Lahbib (links) en minister van Ontwikkelingssamenwerking Gennez (rechts) begeleiden VN-secretaris-generaal Guterres naar een vergadering in het Egmontpaleis (20 maart 2024). Ons land steunt voluit de inspanningen van Guterres om de VN te hervormen. © FOD Buitenlandse Zaken

Our Common Agenda

Ook VN-secretaris-generaal António Guterres heeft de boodschap goed begrepen. Al sinds 2018 werkt hij aan een betere functionering van de VN door de VN-ontwikkelingsinstellingen beter te laten samenwerken.

In 2020 - in volle coronapandemie, bij de 75ste verjaardag van de VN – vonden de lidstaten dat er nood was aan een hervorming van het mondiale bestuur opdat het beter kon instaan voor de huidige en toekomstige generaties. Het antwoord van Guterres daarop was Our common agenda. Deze bevat onder meer een oproep om de uitvoering van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen – een routekaart naar een betere wereld in 2030 - te versnellen.

Summit of the Future

Voortbouwend op die common agenda werd er vorig jaar tijdens de AV een SDG-top gehouden. Volgend jaar volgt een sociale top. Dit jaar in september in New York zal een Summit of the Future georganiseerd worden met 2 hoofddoelen:

  • Een update van het hervormingsproces van het mondiale bestuur, waarbij ook de Veiligheidsraad aan bod zullen komen. Met een brede coalitie van gelijkgezinde landen wil België dat het vetorecht minder gebruikt wordt;
  • Een bevestiging – en versnelling – van de uitvoering van bestaande engagementen zoals de SDG’s, het klimaatakkoord van Parijs en zo meer.

Tijdens de top zal een Pact of the Future aangenomen worden dat toespitst op 5 thema’s waarvoor de VN beter werk moet leveren:

  • Duurzame ontwikkeling en financiering voor ontwikkeling (vraagt meer inspanningen voor de SDG’s van alle landen);
  • Internationale vrede en veiligheid (een ruim en belangrijk hoofdstuk);
  • Wetenschap, innovatie en technologie, en digitale samenwerking;
  • Jongeren en toekomstige generaties;
  • Het mondiale bestuur transformeren.

Daarnaast komen er een Verklaring over Toekomstige Generaties en een Global Digital Compact (om de digitale kloof te dichten).

Stevig engagement op hoog niveau

We mogen van de Top van de Toekomst geen doortastende hervormingen verwachten. Wat we wel mogen hopen, is dat er een stevig engagement komt op hoog niveau – regeringsleiders en staatshoofden – om het multilateralisme te hervormen met de VN in het centrum. De VN moeten zich aanpassen aan de huidige realiteit en meer representatief worden. Op die manier moeten ze beter geschikt worden om de 5 thema’s uit het toekomstpact aan te pakken.

En we verwachten vanzelfsprekend ook een sterker engagement om de SDG’s alsnog tegen 2030 te halen. Dat is uitermate belangrijk gezien de huidige grote achterstand en hun groot belang voor een harmonischer wereld.

Internationale regels zijn cruciaal

Het wordt hoe dan ook een belangrijke top. Zoals gezegd, er is op zich niet mis met de samenwerking binnen kleinere formaties, maar dat mag het mondiale bestuur via de VN niet ondermijnen. Het is van vitaal belang dat alle landen zich blijven scharen achter internationale regels die door iedereen aanvaard worden - zoals ze omschreven worden in het VN-charter, dat een sleuteldocument is en blijft.

Als landen en landengroepen de gemeenschappelijke regels in vraag stellen, biedt dat een recept voor chaos. En dat net in een tijdsgewricht waar we voor tal van uitdagingen staan die we alleen samen, op een mondiaal niveau, kunnen oplossen. Al bij al is het in eenieders eigenbelang om goed samen te werken binnen een mondiaal kader.

Hopelijk kan de toekomsttop een duidelijke richting aangeven. In oktober brengen we verslag uit over de top.

België steunt hervormingen

Multilateralisme zit in het DNA van België. Met andere woorden, ons land is ervan overtuigd dat in­ter­na­ti­o­na­le pro­ble­men zo veel mo­ge­lijk opgelost moe­ten wor­den door sa­men te wer­ken in in­ter­na­ti­o­na­le or­ga­ni­sa­ties. We waren bij de eerste leden van de EU en één van de stichtende leden van de VN, de NAVO, de OVSE en zo meer.

België is dan ook een fervent voorstander van goed werkende internationale instellingen met de VN als centrale referentie. Ons land – samen met de EU-landen – erkent dat de VN vandaag onvoldoende representatief zijn voor de schuivende machtsverhoudingen in de wereld.

We zijn heel actief in dat verband en nemen graag een brugfunctie op. Zo pleiten we voor een Afrikaanse permanente zetel in de Veiligheidsraad. Samen met de EU-landen ondersteunden we resolutie 2719 van de Veiligheidsraad die toelaat om vredesmissies door de Afrikaanse Unie te financieren (zie tekst). We dringen er ook op aan dat de EU en de rijke landen uit hun ivoren toren treden om een open dialoog aan te gaan met het Globale Zuiden, op voet van gelijkheid.

Ons land steunt voluit de VN-secretaris-generaal Guterres in zijn inspanningen om de VN weer fit for purpose te maken. Bij al onze standpunten stellen we het internationaal recht en de mensenrechten centraal.

Indien mogelijk formuleren we onze standpunten in Benelux-verband, zeker als het moeilijk is om binnen de EU tot een gemeenschappelijk standpunt te komen.

We doen ook als individueel land inspanningen om tot een betere verstandhouding te komen in de wereld. Zo organiseert onze ambassade in Ethiopië een debattenreeks waarin landen uit alle hoeken van de wereld open debatteren over het mondiale bestuur van de toekomst.