Tropische bossen slaan geleidelijk minder koolstof op

  1. Laatst bijgewerkt op
Image
 Ivindo Nationaal Park

Zicht op het Ivindo Nationaal Park (Gabon)
© Kath Jefferey

Tropische bossen zijn een krachtig wapen tegen de klimaatverstoring. Ze vormen immers een gigantisch reservoir van 250 miljard ton koolstof, alleen al in de bomen. Door hun groei blijven ze steeds meer koolstof opslaan.

Maar aan deze capaciteit om koolstof op te slaan, lijkt sneller een einde te komen dan verwacht. Dat blijkt uit een studie van 565 ongestoorde tropische bossen in het Congo- en het Amazonebekken gedurende 30 jaar door ruim 100 academische instellingen, waaronder het AfricaMuseum.

In de jaren 1990 sloegen de ongestoorde tropische bossen nog 17% op van de CO2 die door de mens werd uitgestoten. In de jaren 2000 was dat nog 9%, in de jaren 2010 6%.

In de jaren 1990 verwijderden de ongestoorde tropische bossen ongeveer 46 miljard ton CO2 uit de atmosfeer, tegenover een geschatte 25 miljard ton in de jaren 2010. Het verschil - 21 miljard ton - komt overeen met een decennium van fossiele brandstoffen uitgestoten door het Verenigd Koninkrijk, Duitsland, Frankrijk en Canada samen.

De voornaamste oorzaak van het koolstofverlies ligt bij afstervende bomen, menen de wetenschappers. ‘Normaal gezien stimuleert CO2 de groei van bomen, maar door de klimaatverstoring - hogere temperaturen, droogte… - vertraagt de groei en sommige bomen kunnen zelfs afsterven’, verklaart Wannes Hubau, verbonden aan het AfricaMuseum en hoofdauteur van de publicatie in het toonaangevende Nature die het onderzoek uit de doeken doet.

Als niet dringend actie genomen wordt tegen de klimaatverstoring, zal de achteruitgang zich voortzetten tot de tropische bossen vanaf 2035 netto koolstof zullen uitstoten.

Deze inzichten zijn uitermate belangrijk voor beleidsmakers. Ze betekenen immers dat de berekeningen voor de koolstofopslag in bossen moeten herdaan worden en de uitstootdoelen aangepast. De huidige doelen gaan er van uit dat de tropische bossen nog tientallen jaren als “koolstofput” dienst kunnen doen.

‘Deze studie biedt de eerste grootschalige evidentie dat de koolstofopslag door ’s werelds tropische bossen vandaag al een verontrustende neerwaartse trend vertoont’, zegt Hubau. ‘Dat is tientallen jaren eerder dan zelfs de meest pessimistische klimaatmodellen voorspellen. Er is dus geen tijd te verliezen bij het aanpakken van de klimaatverandering.

De onderzoekers stippen ook aan dat het van cruciaal belang is dat de tropische bossen van nabij blijven opgevolgd worden. En dat vergt niet alleen financiering van nieuwe studies, maar ook steun aan lokale wetenschappers, die dichter bij de wouden leven en zo makkelijker de evoluties kunnen opvolgen.

Image
Man berekent hoeveelheid koolstof van boom

Om te bepalen hoeveel koolstof een boom opneemt, wordt regelmatig de diameter en de hoogte gemeten (Salongo National Park, DR Congo)
@ Simon Lewis - University of Leeds

Laboratorium in Yangambi

Een mooi voorbeeld van zo’n bosonderzoekscentrum is gelegen in het biosfeerreservaat Yangambi in de DR Congo. Daar werd een laboratorium voor houtbiologie opgericht door het AfricaMuseum, met de steun van de Europese Unie. Het labo beschikt nu over de nodige uitrusting om houtanatomie en groeiringen (“dendrochronologie”) te bestuderen. Dat laat toe om beter te begrijpen hoe bossen bijdragen aan de afremming van en de aanpassing aan de klimaatverstoring.

‘Vroeger moesten de Congolese wetenschappers de houtstalen in Europa komen analyseren, wat zeer omslachtig was. Nu kunnen ze het ter plekke naast het woud doen’, zegt Hans Beeckman, houtbioloog aan het AfricaMuseum. ‘Een laboratorium midden in het Congobekken zullen de studies goedkoper, gemakkelijker en inclusiever maken.’

Het AfricaMuseum meet ook de opname van koolstof in de bossen van Yangambi en van het nabije Yoko-bosreservaat. Er komt zelfs een onderzoekstoren die tot boven het bladerdak zal reiken. De toren zal continu de uitwisseling van broeikasgassen meten tussen de atmosfeer en het woud.

Het AfricaMuseum is een belangrijke partner van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking.