OESO prijst toename Belgische ontwikkelingshulp in 2020

Vandaag maakt het Ontwikkelingscomité (Development Assistance Committee) van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) de cijfers bekend m.b.t. de officiële ontwikkelingshulp (Official Development Assistance) voor het voorbije jaar.

  1. Laatst bijgewerkt op

Vandaag maakt het Ontwikkelingscomité (Development Assistance Committee) van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) de cijfers bekend m.b.t. de officiële ontwikkelingshulp (Official Development Assistance) voor het voorbije jaar. In dit Ontwikkelingscomité zetelen de belangrijkste donoren voor internationale samenwerking.

In 2020 bedroegen de totale ontwikkelingshulp van de DAC-landen meer dan 161 miljard dollar, wat neerkomt op 0,32% van hun gezamenlijk Bruto Nationaal Inkomen (BNI). Dit is een stijging met 3,5% t.o.v. 2019 en is vooral te danken aan bijkomende inspanningen als gevolg van de Covid-crisis. België houdt gelijke tred met deze OESO-trend en ziet zijn officiële ontwikkelingshulp stijgen tot 2,290 miljard dollar, wat neerkomt op 0,47% van het BNI.

Betrouwbare, solidaire donor

België blijft een stabiele en betrouwbare donor. Ondanks het feit dat 2020 economisch een bijzonder moeilijk jaar was waarin ook het Belgische bruto nationaal inkomen (bni) sterk in de klappen deelde, stijgt de officiële Belgische ontwikkelingshulp ook in reële termen met bijna 3%. Daarmee behoort België tot de top 7 van solidaire landen binnen de EU.

De voorbije jaren waren dergelijke stijgingen vooral te verklaren door de kosten voor de opvang van vluchtelingen in België. Op het hoogtepunt van de vluchtelingencrisis in 2016 bedroeg dat aandeel meer dan 16% van de totale ODA. In 2020 daalt dit onder 6%.

Deze cijfers weerspiegelen het engagement van minister van Ontwikkelingssamenwerking Meryame Kitir voor internationale solidariteit, ook in budgettair moeilijke tijden. Het is een belangrijke stap in het kader van een groeipad voor ontwikkelingssamenwerking dat in het regeerakkoord is uitgetekend. Bovendien geeft België hiermee een belangrijk signaal naar haar partners en de bredere internationale gemeenschap. “Ook in moeilijke tijden moeten we durven investeren in internationale solidariteit. Net zoals niemand veilig is voor het coronavirus tot we allemaal veilig zijn, raken we niet uit de crisis als het economisch herstel ongelijk verdeeld blijft”, aldus minister Kitir.

Dam tegen armoede

COVID-19 stelt de nood aan internationale solidariteit op scherp: voor het eerst in jaren stijgt de armoede wereldwijd. De Wereldbank schat dat de pandemie meer dan 120 miljoen mensen in absolute armoede zal duwen. Vooral in Afrika laat de economische impact zich voelen: 30 miljoen kinderen riskeren in extreme armoede te vervallen. Door de beperkte beschikbaarheid aan vaccins in de meeste ontwikkelingslanden, dreigt bovendien een ongelijk herstel. Daarbovenop komt de klimaatcrisis. Ook deze verscherpt de ongelijkheid. Brede toegang tot kwalitatieve basisdiensten zoals gezondheidszorg en een sterk uitgebouwde sociale bescherming hebben hun nut bewezen als dam tegen de verwoestende impact van de pandemie. Ontwikkelingshulp blijft een cruciale hefboom om daar werk van te maken.

Focus op Minst Ontwikkelde Landen

Voor minister Kitir staan specifieke programma’s rond sociale bescherming en klimaat dan ook hoog op de agenda. De focus ligt daarbij op de meest getroffen bevolking in Centraal-Afrika en de Sahel-regio. België engageert zich - meer dan andere DAC leden - voor de minst ontwikkelde landen en fragiele staten. De Democratische Republiek Congo (DRC), Burundi en Rwanda zijn de belangrijkste partners van de samenwerking.

Multilaterale samenwerking en de kracht van het middenveld

België is een fervent verdediger van het multilateralisme, wat zich ook weerspiegelt in de hulp. Ook in 2020 gebeurt meer dan de helft via multilaterale organisaties. Zo stelt de flexibele, voorspelbare financiering humanitaire organisaties in staat om onmiddellijk in te grijpen in geval van rampen en acute crisis. Eerder prees de OESO al de keuze van België voor haar sterke focus op de rol van een kritisch en slagvaardig middenveld in de partnerlanden. Dit blijft essentieel op een moment dat dit middenveld in heel wat landen onder grote druk staat. Met bijna één vijfde van de Belgische ODA zijn de niet-gouvernementele organisaties belangrijke trekkers van de Belgische samenwerking.

Het voorbije jaar zijn belangrijke inspanningen geleverd om de transparantie te vergroten, zowel voor onze partners als het Belgische publiek. De impact van de hulp vergroten staat hierbij voorop. Alle informatie over interventies gefinancierd door de Directie-generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp kunnen geraadpleegd worden op www.openaid.be.

 

  1. Nieuwstype