-
Laatst bijgewerkt op
Mali heeft al langer dan een decennium te kampen met politieke instabiliteit en onveiligheid. Twee derde van het Malinese grondgebied (en een derde van de bevolking), het noorden en het centrum, valt momenteel ten prooi aan instabiliteit en onveiligheid. In het land zijn heel wat internationale partijen aanwezig.
Hoewel de verschillende hoofdrolspelers twee vredesakkoorden hebben ondertekend, in Ouagadougou in juni 2013 en in Algiers in juni 2015, waarin onder meer een terugkeer van de Malinese autoriteiten was gepland naar de regio's in het land zonder overheidsaanwezigheid, zijn gewapende onafhankelijkheidsgroeperingen en regeringsgezinde milities nog steeds heel actief in het noorden van het land, terwijl de situatie in het centrum steeds sterker uit de hand loopt, wat de vrees voor langdurige instabiliteit aanwakkert. In die regio's verhevigt het geweld, en ze hadden het al moeilijk door de uitdijende terroristische dreiging en door de misdaad die er welig tiert. Bovendien worden de Malinese en Europese defensie- en veiligheidskrachten en ook MINUSMA en Barkhane almaar vaker aangevallen.
Dat klimaat van geweld vertraagt, of verhindert zelfs, de heropbouw van de staat (administratieve overheden en elementaire sociale dienstverlening) en haar investeringen in infrastructuur en uitrustingsgoederen, en fnuikt tegelijkertijd de inspanningen van de ngo's en al helemaal de economische ontwikkeling, ten koste van de gemeenschappen die in die gebieden zijn gevestigd. In Mali is de kansarmoede onder vrouwen enorm, op alle niveaus.
In januari 2013 startte Frankrijk op verzoek van de Malinese regering met operatie Serval, die een einde moest maken aan het jihadistische offensief dat zijn oog had laten vallen op het zuiden van het land. De operatie, die in 2014 werd omgedoopt tot Barkhane, zou leiden tot de inzet van ongeveer 5000 Franse militairen in de hele Sahelregio (Mauritanië, Mali, Burkina Faso, Niger en Tsjaad). Daarnaast richtten de Verenigde Naties in april 2013 ook hun multidimensionele geïntegreerde stabilisatiemissie in Mali (MINUSMA) op. Nog datzelfde jaar startte de Europese Unie met de EUTM-missie om de Malinese militairen op te leiden, en het jaar erna volgde dan EUCAP, ter ondersteuning van de Malinese politie, gendarmerie en nationale garde.
Dat Mali enorm gevoelig is voor de klimaatverandering blijkt uit de toename van extreme weerfenomenen (droogte, overstromingen, bosbranden, felle winden enz.). Het wisselende klimaat en de klimaatverandering verergeren de druk van de mens op de bodems, het water en andere natuurlijke hulpbronnen. Ze hebben ook een directe impact op de bestaansmiddelen van twee derde van de Malinezen, die leven van de landbouw, veeteelt, visvangst en bosbouw.
De OESO kenmerkt Mali als fragiele staat. Dit gaat gepaard met specifieke aanbevelingen voor ontwikkelingssamenwerking. De invalshoek van fragiliteit wordt meer en meer geïntegreerd in de Belgische ontwikkelingssamenwerking in Mali en ook elders.
Er is, in samenspraak met andere donoren, meer aandacht voor het aanpakken van de grondoorzaken van de instabiliteit en het bevorderen van de rechtsstaat, anticorruptie, mensenrechten, civiele ruimte en democratisering. Organisaties van het lokale middenveld moeten meer ruimte krijgen om te werken, zij kunnen hun overheden ter verantwoording roepen en mensenrechten afdwingen.
De uitdagingen voor ontwikkeling en armoedebestrijding zijn gigantisch in Mali. Mali scoort slechts 0.434 op de ontwikkelingsindex (2019) en staat daarmee op de 184ste plaats in de wereld.

© Shutterstock
De Belgische ontwikkelingssamenwerking in Mali gebeurt via verschillende kanalen:
- Gouvernementele ontwikkelingssamenwerking
- Niet-gouvermentele samenwerking
- Multilaterale ontwikkelingssamenwerking
Ook is er
Gouvernementele ontwikkelingssamenwerking
België werkt al een dertigtal jaar samen met Mali. De Belgische gouvernementele samenwerking zet in op een duurzame, inclusieve groei die banen creëert, op de hervorming van de staat en op vrede, veiligheid en armoedebestrijding. De actuele gouvernementele ontwikkelingssamenwerking tussen België en Mali betreft:
Decentralisatie
Het decentralisatiebeleid in Mali geeft meer verantwoordelijkheid en middelen aan de lokale gemeenschappen. Dat proces is cruciaal voor de verankering van de democratie, de lokale ontwikkeling en de armoedebestrijding.
In Koulikoro, de tweede regio van het land, versterkt de Belgische gouvernementele samenwerking de capaciteiten van de plaatselijke verkozenen en hun administratie via opleidingen. Wij ondersteunen ook het beheer van lopende zaken (inning van belastingen en taksen, verbetering van de diensten voor burgerlijke stand, enz.).
België financiert verder een deel van de uitrusting en infrastructuur die nodig zijn voor de goede uitvoering van deze zaken. Het komt er uiteindelijk op neer de kwaliteit van de openbare diensten, de economische ontwikkeling en het inclusieve lokale bestuur te verbeteren.
Plattelandsontwikkeling
De Belgische steun is gericht op de veeteelt en de visvangst. De pastorale veeteelt speelt een sleutelrol in de Malinese economie en in de strijd tegen de voedselonzekerheid. Wij werken aan de genetische verbetering van de plaatselijke dierenrassen, aan een beter technisch beheer van de kuddes, aan de toegang tot de weilanden en aan de optimale benutting van de dierlijke producten.
Verder begeleidt de Belgische gouvernementele samenwerking de opstart en de ontwikkeling van de viskwekerijen in de regio Sikasso, waar veel ondervoede kinderen wonen.
Ten slotte versterkt België de institutionele capaciteiten van het ministerie van Veeteelt en Visvangst op het vlak van monitoring en evaluatie, statistiek, coördinatie en ontwikkeling van het openbaar beleid.

© Shutterstock
Niet-gouvernementele samenwerking
De niet-gouvernementele actoren van de Belgische ontwikkelingssamenwerking werken in Mali nauw samen met de lokale organisaties, zowel organisaties uit de civiele maatschappij als overheidsinstellingen. Hun voornaamste doelstelling is de versterking van de civiele maatschappij om de ongelijkheden te verminderen.
De gemeenschappelijke doelstellingen van deze actoren, in het kader van de lopende programma’s, zijn in samenhang met de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen te zien.
Doelstellingen?
- Honger beëindigen, voedselzekerheid en verbeterde voeding bereiken en duurzame landbouw promoten
- Vreedzame en inclusieve samenlevingen bevorderen met het oog op duurzame ontwikkeling, toegang verzekeren tot justitie voor iedereen en op alle niveaus doeltreffende, verantwoordelijke en inclusieve instellingen uitbouwen
- Verzeker gelijke toegang tot kwaliteitsvol onderwijs en bevorder levenslang leren voor iedereen
- Een goede gezondheid verzekeren en welzijn promoten voor iedereen en alle leeftijden
- Toegang tot en duurzaam beheer van water en sanitatie voor iedereen verzekeren

© Shutterstock
Multilaterale samenwerking
Om de ontwikkelingsdoelstellingen te bereiken werkt België, samen met andere donoren zoals de Europese Unie en de Wereldbank, mee aan multilaterale programma’s op het vlak van gezondheidszorg, onderwijs, leefmilieu, humanitaire hulp en bestuur (verkiezingen, justitie).
België hanteert in de multilaterale samenwerking het principe van de “core funding” waarbij een bijdrage wordt geleverd tot de algemene middelen van de multilaterale partnerorganisaties.
Er zijn de voorbije jaren verschillende initiatieven genomen op het vlak van de private sector.
Humanitaire hulp
In fragiele contexten duren verschillende humanitaire en politieke crisissen waar wordt ingezet op humanitaire hulp steeds langer. In zulke situaties is het belangrijk om levens te redden, maar ook zelfredzaamheid te bevorderen door in te zetten op projecten die de link maken tussen structurele hulp, humanitaire hulp en vredesopbouw.
België overlegt in Mali ook op regelmatige basis met andere actoren van de ontwikkelingssamenwerking (lokale organisaties, andere donoren, andere ngo’s), over
- de versterking van het democratisch eigenaarschap van de partners,
- de afstemming op hun beleid, procedures en beheerssystemen,
- de harmonisatie met de andere donoren,
- het resultaatgericht beheer,
- de wederzijdse verantwoordelijkheid,
- een betere voorspelbaarheid van de middelen.
Transitionele ontwikkeling en goed bestuur
In het kader van de transitionele ontwikkeling en goed bestuur lanceerde België verschillende projecten, onder meer op vlak van gendergerelateerd geweld.